Afbeelding

Column Florian: Zeg maar

Algemeen

Echt werkelijk iedereen heeft zijn eigen gewoontes. Rondjes lopen of voor het raam staan tijdens het telefoneren. Op een bepaalde manier je haar kammen of je tandenpoetsen. Of regelmatig je lippen invetten of lipstick opdoen. Met je haar spelen of achter je oor krabben. En het leuke is, vaak heb je het zelf niet eens door dat je het doet. Als ik eens op mezelf let, zie ik dat ik vaak speel met mijn sleutels of dat ik over mijn lip veeg als ik nadenk. Weer heel wat anders is dat mijn sokken bijna altijd binnenstebuiten zitten, meer gemakzucht dan echt een gewoonte...

Er zijn niet alleen non-verbale gewoontes, maar ook verbale gewoontes ook wel stopwoordjes genaamd. Iets waar sommige mensen zich mateloos aan kunnen irriteren en waar anderen echt geen moeite mee hebben. Uiteindelijk gebruikt zelfs de meest grote taalvirtuoos ook vast weleens een stopwoordje.

Maar als we het massaal allemaal doen… dan zou je toch zeggen dat het een doel heeft? En stiekem heeft het ook een doel. Stopwoorden worden niet voor niets de lege lijmwoorden van de taal genoemd. Ze zijn handig om je gedachten te ordenen, woorden en zinnen aan elkaar te plakken of (heel handig) om te zorgen dat je aan het woord blijft.

"Ehh…" is natuurlijk niet echt een woord, maar wel een veelvoorkomende klank die veel mensen uitkramen. Soms op verschillende toonhoogtes, waardoor er na enig knip-en-plakwerk het Wilhelmus ontstaat.

'Zeg maar' staat op dit moment in de top tien van de meest geliefde en daarmee gehate stopwoorden (mooie paradox). Ik betrap mezelf er ook regelmatig op, dat zeg maar, zeg maar, deel uitmaakt van mijn dagelijkse vocabulaire. En toch heeft ook 'zeg maar' een doel in een zin. Het is bedoeld om dingen vrij vaag te houden en dus een slag om de arm te houden. Je zegt iets, maar eigenlijk ook niets. En dat is nou juist de kern waar het hier om gaat. Je bedoelt er niets mee, maar het heeft wel een betekenis.

Ieder zo zijn eigenaardigheid.

Florian

Advertenties uit de krant