Melvin: de nieuwe zomer

Na de lente te hebben doorgebracht in isolatie, is de wereld deze zomer weer langzaam aan het openen. Al zal niet alles hetzelfde gaan zoals we dat gewend zijn. We hebben dit jaar geen festivals of andere evenementen, maar moeten in plaats daarvan onszelf proberen te vermaken. Gelukkig mogen we nog wel met zijn allen op vakantie, al wordt het wel aangeraden om dat in eigen land te doen. Het wordt deze keer dus geen verre oorden, maar de stranden van Scheveningen. 

Binnen Europa is het al wel weer toegestaan om te reizen. De mensen die naar het warme zuiden willen hebben daar dus de gelegenheid toe. Dat kan zelfs al met het vliegtuig, ook al is de verwarring daarover nog best groot. Want: waarom kan je in een vliegtuig wel met tweehonderd anderen zitten, maar mag dat in een theater niet? Blijkbaar heeft dat te maken met de goeie luchtventilatie in de vliegtuigen, al geeft zelfs het RIVM geen garantie dat dit besmettingen geheel voorkomt. Het blijft dus een beetje meten met twee maten. 

Gelukkig hoeven we niet per se met het vliegtuig. In Nederland zelf is ook genoeg te beleven. Zo zijn alle campings weer open, kunnen we weer uit eten en zijn de toeristische trekpleisters voor een keer niet overspoeld met toeristen uit het buitenland. Het enige nadeel zal misschien het weer zijn, het blijft tenslotte toch Nederland. Al belooft het zonnige voorjaar veel goeds voor de zomer. 

In deze andere zomer zullen we ons toch helaas ook aan de coronaregels moeten houden. De angst voor een tweede golf aan uitbraken hangt inmiddels al in de lucht. Het blijft dus afstand houden en handen wassen, maar hopelijk wel buiten onder de zon. Wij zelf hebben nog lastminute een vakantiehuisje in Frankrijk gevonden. Vlak bij de Spaanse grens in the middle of nowhere. Daar hebben we dus gegarandeerd meer dan anderhalve meter afstand. Dan zijn we er toch even uit, gedurende wat wel de raarste zomer in meer dan honderd jaar genoemd kan worden.