Jacolien Immerzeel: 'Put kracht uit wat je nog wel kan. Dat is vaak meer dan je denkt.'
Jacolien Immerzeel: 'Put kracht uit wat je nog wel kan. Dat is vaak meer dan je denkt.' Foto:

Een jaar in de ban van corona in de Elf Ranken

BARENDRECHT - Jacolien Immerzeel is geestelijk verzorger in onder andere verpleeghuis De Elf Ranken in Barendrecht. Ze heeft van dichtbij meegemaakt wat corona is. ,,Corona is niet eenduidig. De een is er ontzettend ziek van, de ander voelt het niet eens. Dat maakt corona lastig en ingewikkeld.”

Door Astrid Potuijt

Acht jaar geleden gooide Jacolien het roer om. Ze ging studeren, nam afscheid van haar functie als verpleegkundige en begon als geestelijk verzorger. ,,Ik voel me in deze functie en hier in het verpleeghuis heel erg op mijn plaats. Het is een fijne plek om te werken en ik voel me als een vis in het water. Ik praat met mensen niet alleen over geloof, maar ook over zingevings-en levensvragen, over wat hen bezighoudt”, vertelt Jacolien.

Een jaar geleden belandden we in Nederland in de eerste lockdown. ,,Ik weet nog dat ik een week daarvoor tijdens een kerkdienst geen handen meer mocht schudden. Dat was vreemd en we deden er een beetje lacherig over. Maar een week later werd duidelijk dat het wel degelijk belangrijk was. In april werd de Cohort afdeling in De Elf Ranken opgericht. Ik begon met het verzorgen van de koffie en thee en hier en daar de verzorging te ondersteunen. Al snel werden dat gesprekken met de patiënten. Door de dubbele beschermende kleding die we droegen, was het mogelijk om ook af en toe een patiënt aan te raken. Een schouderklopje, een hand vastpakken. Dat vind ik belangrijk. Het was aangrijpend om bij deze zieke mensen te zijn. Ze konden geen bezoek ontvangen en worstelden soms met de vraag; wat hangt er boven mijn hoofd? We wisten toen nog bijna niets over het virus. We moesten het allemaal nog uitvinden.”

Jacolien maakte van dichtbij mee dat er mensen om haar heen te maken kregen met corona. ,,Mijn collega is heel erg ziek geweest en nog steeds herstellende”, vertelt ze. ,,Ook is er een gastvoorganger overleden aan dit nare virus. Zelf ben ik in het begin van deze ratrace twee weken behoorlijk ziek geweest. Omdat we toen nog niet konden testen, wisten we niet of het corona was. Ik was er ongerust over. Stel je toch voor dat ik anderen had besmet die er minder goed doorheen zouden rollen? Inmiddels ben ik ingeënt en er viel letterlijk een last van mijn schouders toen ik de tweede prik had gekregen.”

De bewoners van De Elf Ranken moeten ook veel missen. In de eerste plaats het bezoek zoals ze dat gewend waren Zo is er al een jaar geen kerkdienst meer en zijn er weinig groepsactiviteiten. Het restaurant waar de bewoners met familie koffiedrinken of wat gaan eten is gesloten. ,,Het is treurig om te zien”, bevestigt Jacolien. ,,Toch moet ik zeggen dat er veel positiviteit is bij de bewoners. Ik krijg vaak te horen: Ach we hebben de oorlog meegemaakt.

Toch probeert het personeel steeds weer mee te bewegen met de nieuwe maatregelen en ontwikkelingen. ,,Na een jaar creatief zijn, wordt het lastiger en we worden ook telkens weer ingehaald door de werkelijkheid. Maar we blijven plannen en kijken wat er wel mogelijk is.”

Gelukkig zijn er ook lichtpuntjes. ,,Die dag dat ik er echt even doorheen zat en me afvroeg hoe lang dit nog zou gaan duren bijvoorbeeld”, zegt Jacolien. ,,Kom ik het gebouw binnen, staat er een dame met een doos vol kaarten van kinderen van een basisschool. Dat zijn echt de lichtpuntjes. We hebben zoveel voor de bewoners gekregen. Van fruitmanden, geluksteentjes tot tekeningen. Dat is mooi, dat er nog steeds aan anderen gedacht wordt.”

,,Het leven is kwetsbaar en grillig, dat is altijd al zo geweest. Maar de dreiging van het virus brengt dat dichterbij. Het is belangrijk dat we ons aan de maatregelen houden. De een is er maar een beetje ziek van – zoals die dame die al over de honderd was – maar anderen worden er doodziek van en dat heeft niet altijd met leeftijd of onderliggende ziektes te maken. Natuurlijk mis ik ook de ‘gewone’ kleine dingen zoals even iets kopen in de winkel, ergens wat drinken of een museum bezoeken. Maar dat komt wel weer. Of het ooit weer hetzelfde als voorheen wordt, daar hoop ik op. Mijn droom is dat we met z’n allen in een grote optocht door de tuin en de wijk kunnen lopen als het ‘voorbij’ is”, besluit Jacolien lachend. ,,Put kracht uit wat je nog wel kan. Dat is vaak meer dan je denkt.”

Afbeelding